Horta-Guinardó is verreweg een van de meest veelzijdige en verrassende plekken in Barcelona. Het district ligt verspreid over verschillende heuvels en ontwikkelde zich pas in de jaren 1940-1960. Daarvoor was dit voornamelijk een landbouwgebied met vele boerderijen en dorpjes als Horta, waar de rijke Barcelonezen hun zomerhuis lieten bouwen. Horta-Guinardó staat nu bekend om het park met het labyrint, het uitkijkpunt Bunkers del Carmel, het modernistische Hospital de Sant Pau en het sport- en ziekenhuiscomplex La Vall d’Hebron. Veel toeristen zul je hier niet tegenkomen: toch is een bezoek aan Horta-Guinardó zeer de moeite waard wanneer je op zoek bent naar het Barcelona van de locals. In deze gids neem ik je mee naar Horta-Guinardó en laat ik je alles zien wat dit district te bieden heeft.
Waarom moet je naar Horta-Guinardó gaan?
Een bezoek aan Horta-Guinardó laat je het andere Barcelona zien: dat van de heuvels, met zijn onmogelijke steile wegen, oude dorpjes, zomerhuizen en masies (boerderijen) die opgeslokt werden door de stad, en de allermooiste verborgen uitkijkpunten. Horta-Guinardó is dan ook zeer aan te raden voor wie het graag rustig aan wil doen in Barcelona en lekker tussen de locals wil zijn.
Waar ligt Horta-Guinardó?
Horta-Guinardó ligt op het noordoosten van Barcelona, aan de rand van de stad tegen het Collserola gebergte. Het district zelf kent vele hoogteverschillen vanwege zijn heuvelachtige landschap. Dit kan een belemmering zijn voor mensen die slecht te been zijn, al probeert de gemeente dit al jaren te verhelpen door het plaatsen van liften, roltrappen en speciale lijnbussen die het leven in het district moeten vergemakkelijken. Het mooie hiervan zijn wel de spectaculaire uitzichten die je op de koop toe krijgt.
Dankzij de metro en de bus, is Horta-Guinardó goed verbonden met de rest van de stad. Goede metrohaltes om de wijken verder te leren kennen zijn Horta (L5), Alfons X (L4) en Mundet (L3). Kom je vanuit de luchthaven van Barcelona, dan dien je de metro te nemen (met overstap) om naar Horta-Guinardó te reizen.
Horta-Guinardó wijk per wijk
Horta-Guinardó wordt gevormd door de volgende barris (wijken): El Baix Guinardó | El Guinardó | Can Baró | El Carmel | La Font D’en Fargues | Horta | La Clota | Montbau | Sant Genís Dels Agudells | La Teixonera | La Vall D’hebron. Dit is een bergachtig gebied, dat vroeger rijk aan water was. Dat bevorderde de landbouwactiviteiten en andere kleinschalige industrieën, maar ook de komst van de rijke Barcelonezen die hier hun vakantiehuizen lieten bouwen om de zomer door te brengen.
Tegenwoordig is dit één van de groenste en meest rustige districten om in te wonen, die gelukkig onaangetast is gebleven door het massatoerisme. Op een paar plekken na, is dit voor het merendeel een arbeiderswijk waar een gemoedelijke sfeer heerst en waar je het echte Barcelonagevoel mee kunt pikken.
El Guinardó: natuurlijke omgeving
Rondom de heuvel van El Guinardó ligt de gelijknamige buurt, die dankzij zijn bevoorrechte ligging bovenop een heuvel, vroeger al door de Iberiërs bewoond werd. Toen was dit nog een bosrijkgebied, vergelijkbaar met het groen dat je nu aan de bovenkant van het Parc del Guinardó kunt vinden, met veel boerderijen, wijngaarden en landbouw. Boerderijen zoals die van Mas Guinardó, La Torre del Pardals of Can Garcini dateren dan ook uit de 17e eeuw.
De verstedelijking van het gebied begon aan het einde van de 19e eeuw, nadat Salvador Riera op 17 februari 1897 toestemming kreeg om huizen te bouwen op zijn landgoed. De eerste bouwgolf betrof kleine huizen met een tuin aan de achterkant van het huis, zoals die bij Passatge Tinent Costa, Carrer de Sales i Ferré (nummer 30) of Carrer de la Torre dels Pardals (nummer 71), naast de bouw van grote zomerhuizen voor de welgestelden uit Barcelona, zoals Can Planàs, Can Xifré of de Torre de Can-Ravellat Pla. Ook trok El Guinardó veel anarchisten aan en mensen die graag in contact met de natuur wilden leven.
De tweede bouwgolf begon in de jaren 1950 en betekende het einde van een tijdperk: het “huis met een tuin” werd vervangen door grote appartementengebouwen en de landelijke en rustieke geest van El Guinardó ging verloren in het moderne stadsleven.
Gelukkig zijn er nog plekken waar je aan deze drukte kunt ontsnappen, zoals het Parc del Guinardó, waar het bekende standbeeld van de Nen de la Rutlla staat, of de Jardins del Doctor Pla i Armengol en het uitkijkpunt Mirador de la Mitja Lluna, die een mooi uitzichtpunt over de stad bieden. Maar de grootste bezienswaardigheden van de buurt zijn zonder twijfel het ziekenhuiscomplex in Modernista-stijl van Lluís Domènech i Montaner, het Hopsital de Sant Pau, en de oude boerderij Mas Guinardó, nu omgetoverd tot buurthuis.
El Baix Guinardó: een Moors paleis
Daar waar vroeger moestuinen en slechts enkele huizen waren, ligt nu het sterk verstedelijkte Baix Guinardó. Dit gebied volgt nog de blokkenstructuur van l’Eixample, de wijk waaraan het grenst.
Het Parc de les Aigües, met het Moorse paleis Casa de les Altures, en de Jardins del Baix Guinardó (vroeger bekend als Jardins del Príncep de Girona), met de oude Casernes de Girona, zijn twee van zijn grootste bezienswaardigheden.
Andere blikvangers in de buurt zijn het monumentale gebouw van de Quinta de Salut l’Aliança en het Mas Casanovas, een prachtig huis dat vroeger als luxe hotel diende. Ook lag hier het allereerste voetbalveld van FC Barcelona, die het naastgelegen hotel als kleedkamer gebruikte.
Nog een verborgen pareltje in de wijk zijn de eenvoudige huizen in Engelse stijl die bewaard zijn gebleven bij het Passatge Costa en die van Passatge Sant Pere en Passatge de Boné. Op de muren van deze laatste, op de hoek met Carrer Lepant, vind je daarnaast een grote muurschildering van de street art kunstenares Miss Van.
Can Baró: de steengroeve
De barri van Can Baró, gelegen op de voet en op de hellingen van de Turó de la Rovira, is ontstaan rond de gelijknamige boerderij op het Plaça de Can Baró die uit 1674 afstamt. De wijk kreeg vorm in de jaren 1920 en groeide snel door de migratiegolven van de jaren 1950-1960. Toentertijd had Can Baró maar liefst drie krottenwijken: Los Cañones (bij de Bunkers del Carmel), Raimon Casellas en Francisco Alegre, die bewoond werden tot in 1990.
Nog een onderscheidend kenmerk van deze wijk zijn de steengroeven, die intensief geëxploiteerd werden gedurende bijna de hele 20ste eeuw. De indrukwekkende gaten aan de kant van de Carrer Mühlberg zijn een mooie getuigenis daarvan. Deze kun je goed zien vanaf de Mühlberg-brug.
El Carmel: arbeiderswijk
Voor de bouw van het primitieve kerkje Ermita del Carmel in 1864, stond deze berg bekend als Turó d’en Móra, vanwege de boerderij Can Móra. Het was een geliefde vrijetijdsplek waar aan het begin van de 20ste eeuw allerlei feesten georganiseerd werden. In de jaren 1940 begonnen de eerste bewoners zich in El Carmel te vestigen en de wijk kreeg echt vorm na de migratiegolf in 1960.
Vele migranten uit andere Spaanse regio’s kwamen naar Barcelona op zoek naar werk en belandden hier. De meesten werkten overdag en bouwden zonder gemeentelijke toestemming hun eigen onderkomens tijdens de nacht, om zo ruimte te maken voor hun gezinnen, met wie ze zich later zouden verenigen. Hierdoor kampten de bewoners van El Carmel voor vele jaren met een gebrek aan basisvoorzieningen zoals water, elektra, rioolsysteem of openbaar vervoer.
Voor de zogenaamde “trappenbuurt” (bij de straten Murta, Santuari en Feijoo) moest men zelfs in de rotsen van de berg graven om er trappen van te maken.
Door buurtstrijd zijn er veel verbeteringen gebracht, met als toppunt de komst van de metro in 2010. En hoewel er in de afgelopen jaren veel is veranderd, blijft El Carmel een echte arbeiderswijk.
Vanwege de hoge ligging van El Carmel, genieten zijn inwoners van prachtige uitzichten over de stad, vooral vanaf de uitkijkpunten bij Carrer Santuari en de top van de Turó de la Rovira (de Bunkers del Carmel) en Turó del Carmel. Carrer del Llobregós is de commerciële slagader en het kloppende hart van de wijk.
La Font d’en Fargues: een tuinstad
De vredige wijk van La Font d’en Fargues is het resultaat van de bouwplannen van Montserrat de Casanovas (Can Fargues), erfgenaam van Mas Pujol, en haar echtgenoot Pere Fargas i Sagristà, die in 1912 hun landgoed bij La Font d’en Fargues begonnen te veranderen tot een tuinstad, zoals het toentertijd zo populair was. Zo werden hier de eerste (vakantie)huizen en villa’s met grote tuinen gebouwd.
De nieuwe buurt, die op een berg zat, trok de aandacht van vele stadsmensen die om gezondheidsredenen kozen om buiten de stad te gaan wonen. Ook een groep journalisten koos ervoor om hier te komen wonen (bij de straten Carrer de Pere Sala en Josep Yxart). Na de burgeroorlog keerden vele van de rijke buren niet meer terug en veranderden veel van de villa’s in verpleeghuizen en scholen of werden ze vervangen door appartementencomplexen met een hoge luxestandaard.
De rust en het gevoel dat je omgeven bent door de natuur heerst hier nog steeds en maken La Font d’en Fargues een unieke plek in de stad waar natuurlijk een prijskaartje aan hangt. De naam van de wijk refereert aan de fontein die hier zich bevindt, die bekendstond om de goede kwaliteit van zijn water, en waar men vroeger de zogenaamde aplecs (feesten in het buitenlucht) organiseerde.
Ook de (inmiddels verdwenen) Font de la Mulassa was een bekende fontein waar men zich verenigde. Dat gebeurt tegenwoordig bij het cultureel centrum El Casal Font d’en Fargues, dat in 1928 openging als casino en culturele instelling voor theater- en muziekvoorstellingen. Architect Adolf Florensa, die hier ook een vakantiehuisje in de buurt had, ontwierp El Casal en de kerk Església de Sant Antoni de Pàdua.
Horta: het labyrint en de wasvrouwen
Horta was tot 1904 een onafhankelijke gemeente genaamd Sant Joan d’Horta, dat zich verder uitstrekte dan zijn huidige omvang. Gelegen in een vallei die rijk aan water was, beschikte Horta over een uitstekende grond voor de landbouw. Vandaar dat er vroeger in dit gebied meer dan vijftig boerderijen waren! Daarvan zijn er enkele masies zoals Can Cortada, Can Mariner, Can Bacardí en Can Querol bewaard gebleven. Datzelfde water zorgde ook voor andere kleine familiebedrijven, zoals die van de wasvrouwen of de looierijen, die ook veel water nodig hadden.
👉 Lees hier het verhaal van de wasvrouwen uit Horta.
Horta werd ook het zomerverblijf van de rijke inwoners van Barcelona, die hun prachtige zomerhuizen hier lieten bouwen tussen het einde van de 19e eeuw en begin 20ste eeuw. Een voorbeeld daarvan zien we aan de prachtige villa’s bij Carrer de Campoamor en de huizen van Carrer Salses en Carrer Feliu Codina. Langzamerhand werden ook boerderijen omgevormd tot statige huizen, waarvan sommige een aanzienlijke status kregen, zoals de tuinen en het paleis van de markies van Alfarràs in het Laberint d’Horta.
De dorpse sfeer heeft Horta ondanks de annexatie met de grote stad eigenlijk nooit verlaten. Plaça Eivissa is nog steeds het onbetwiste ontmoetingspunt van de hortencs die graag op het terras van El Quimet d’Horta zitten. Andere gezellige pleinen in de wijk zijn Plaça de Santes Creus, waar het oude gemeentehuis ligt, en het kindvriendelijke Plaça de Bacardí. Voor boodschappen bezoeken locals de lokale markt en de winkels bij Carrer Lisboa, Tajo, Baixada de la Plana en Dante. De verschillende culturele wijkorganisaties en sportclubs zorgen daarnaast voor een actieve wijkagenda.
Het noordelijkste gebied van de wijk is een stuk rustiger en residentieel, waar nog veel oude huizen te vinden zijn uit de tijd waarin Horta een dorp was, zoals de modernistische Ca l’Oliveres. De grootste trekpleister en de reden waarom veel mensen Horta bezoeken, blijft echter het Parc del Laberint d’Horta; het oudste stadspark van Barcelona waar ook een echt labyrint te vinden is!
Een steeds populairdere plek is het Mirador de Mundet, een uitkijkpunt aan de voeten van Collserola waar een schommel is geplaatst met een verbluffend uitzicht over de stad.
👉 Lees hier meer over de schommel van Barcelona.
La Clota: een dorp in de stad
La Clota is een wijk die ontstaan is rondom de oude boerderij Can Tarrida. Deze ging verloren met de opening van de Avinguda de l’Estatut. Het kleinste gedeelte van Horta-Guinardó is tot nu toe ook de plek waar het rurale verleden van dit district het beste naar voren komt. Hoewel er al bouwplannen zijn om de ruimte opnieuw in te gaan richten, is het nu nog mogelijk om door deze stoffige straten met oude eenvoudige huizen en moestuinen te lopen. Een idyllische plek ver weg van de drukte in de stad.
Blikvanger van de wijk is de toren van Carrer Puríssima. Het verhaal gaat dat deze door zijn eigenaar bedoeld was om vanaf de top de zee te kunnen zien. Ook mooi om te zien is de Torre Jussana, een neoclassicistisch gebouw uit 1804, en het prijswinnende huis bij Passatge de Feliu, een modern huis van architectenstudio Miralles Tagliabue EMBT dat bekroond werd met de FAD interieurprijs in 2000. Een goede blik over de buurt krijg je vanaf de Jardins dels Garrofers.
Montbau: een Europese wijk
Montbau is een relatieve nieuwbouwwijk aan de voeten van het Collserola-gebergte, die in de jaren 1960 is ontstaan door initiatief van de burgemeester, die hier een wijk met sociale woningen voor 10.000 inwoners wilde creëren. Zijn architecten lieten zich inspireren door de Europese naoorlogse architectuur uit steden als Rotterdam en Berlijn. Met het rationalisme als inspiratiebron, werden hier talloze blokkenhuizen in strakke lijnen en eersteklas materialen gebouwd, met veel ruimte voor openbare en groene ruimtes. Zelfs de kerk werd door de stijl van Le Courbusier geïnspireerd. Dat leverde een unieke, zeer Europees georiënteerde wijk op, waar de leefbaarheid en kwaliteit van leven van zijn bewoners voorop stond.
Het merendeel van de wijk, zoals de Ermita de Sant Cebrià en het Palau de les Heures, ligt binnen het natuurpark van Collserola. Grote complexen zoals het ziekenhuis Ciutat Sanitaria de la Vall d’Hebrón en de Llars Mundet, waar universiteiten, sportcentra en residenties voor ouderenzorg onder vallen, maken het een drukbezochte plek.
Sant Genís Dels Agudells: bejaardenbuurt
Sant Genís Dels Agudells is een andere wijk aan de voeten van Collserola, en staat bekend omdat hier de meeste bejaarden per vierkante meter wonen. Vanwege zijn ligging in de bergen aan de andere kant van de Ronda de Dalt, is Sant Genís dels Agudells vrij afgesloten van de rest van Barcelona, iets wat zijn bewoners op willen lossen met de toekomstige overkapping van de Ronda de Dalt.
De wijk is ontstaan rondom de gelijknamige kerk en de naastgelegen boerderij van Can Safont. Deze kerk is een van de oudste in Barcelona en was voor lange tijd verbonden aan het klooster van Sant Jeroni de la Vall d’Hebron, dat iets verderop in de bergen lag. Pas in de tweede helft van de 20ste eeuw ontwikkelde Sant Genís zich als stedelijk gebied ondanks het moeilijke bergachtige terrein.
Een van de mooiste gebouwen in Sant Genís is het Patronat Ribes (tegenwoordig Institut Vall d’Hebron), een oud weeshuis ontworpen door Enric Sagnier i Villavecchia. Ook vind je hier in de oude boerderij van Can Figuerola het kunstmuseum Palmero. Een van de bekendste uitkijkpunten over Barcelona, die van Carretera de l’Arrabassada, ligt ook hier in de buurt.
La Teixonera: zomerverblijf
De wijk van La Teixonera ligt aan de noordelijke kant van de Turó de la Creueta del Coll. Het is een bergachtig gebied dat vroeger aan de schoenenfabrikant Joaquim Taxonera toebehoorde en dat gebruikt werd als zomerverblijf.
Hoewel Taxonera plannen had om hier een luxe vakantiedorp van te maken, de Colònia Taxonera, hielp de te afgelegen locatie niet mee en moest hij uiteindelijk de percelen aan andere winkeliers en kleine industriëlen verkopen, soms zelfs in termijnen. Hijzelf bezat het huis aan het Carrer Besòs nummer 17-19, dat tegenwoordig door de buurtbewoners gebruikt wordt als dagbesteding voor ouderen en voor allerlei culturele doeleinden.
De immigratie bereikte de buurt pas in de jaren 1950 als gevolg van de bouw van het nabijgelegen ziekenhuiscomplex van La Vall d’Hebron. Vele van de arbeiders vestigden zich hier in eenvoudige zelfgebouwde huizen. De eenvoudige huizen en zomerverblijven van de Colònia Taxonera werden daarna in de jaren 1960 en 1970 verruild voor appartementen, om nieuwe migranten te huisvesten.
Van zijn rurale verleden zijn er slechts enkele huizen overgebleven, die je onder andere bij Carrer de Segur en Carrer de Trueba kunt zien, naast de laatste tegelfabriek in Barcelona, Bòbila Carmen (Plaça Numen Mestre).
La Vall d’Hebron: het grootste ziekenhuis
La Vall d’Hebron staat vooral bekend om het gelijknamige ziekenhuis. Het is het grootste ziekenhuis van de stad en van heel Catalonië en ligt hier vlakbij. Het gebied begon zich te ontwikkelen in 1969, na de bouw van de appartementen Parc de la Vall d’Hebron, op de grondgebieden van Can Travi Vell, Can Travi Nou, Can Marcet, Can Brasó en Can Rossell.
Deze moderne wijk van blokkenhuizen heeft nog enkele interessante bezienswaardigheden, zoals het klooster Monestir de les Mares Mínimes, de oude boerderijen Can Travi Vell (nu het politiekantoor van de Guàrdia Urbana in Horta-Guinardó), Can Travi Nou (nu een befaamd restaurant), La Granja Vella (nu het studentencomplex Martí-Codolar) en de Pavelló de la República, een gebouw ontworpen voor de Wereldtentoonstelling van Parijs in 1937. Andere gebouwen (zoals de zwart-witte appartementen bij Avinguda de Can Marcet), en diverse sportvelden, werden vanwege de Olympische Spelen in 1992 gebouwd. Maar de echte blikvanger blijft de gigantische sculptuur van de lucifers van Claes Oldenburg.
Gids over Horta-Guinardó
Horta-Guinardó is het groenste district van Barcelona en zonder twijfel één van de beste plekken om het authentieke Barcelona te ontdekken. Grote hotspots of toeristische trekpleisters zijn er hier niet aldus de reisgidsen; maar wie goed kijkt zal in Horta-Guinardó al snel een district vol geschiedenis ontdekken met prachtige natuurgebieden en verborgen uitkijkpunten. Zijn zichtbare rurale verleden, de zomerverblijven en de bouwkoorts tijdens de migratiegolven van na de Burgeroorlog maken het een unieke plek. Horta-Guinardó is daardoor één groot juweel waar je werkelijk continu je ogen uitkijkt… als je tenminste weet waar je moet kijken. Volg daarom mijn tips en beleef Horta-Guinardó als een local.
Onmisbare bezienswaardigheden in Horta-Guinardó
Horta-Guinardó heeft enkele bekende bezienswaardigheden zoals het uitkijkpunt Bunkers del Carmel, het modernistische Hospital de Sant Pau of de doolhof in het Parc del Laberint d’Horta, die je zeker gezien moet hebben.
- Recinte Modernista de Sant Pau: Europa’s belangrijkste art-nouveau complex en een van de mooiste ziekenhuizen ter wereld is ontworpen door Lluís Domènech i Montaner. Het historische gedeelte van het Hospital de Sant Pau functioneert nu als museum.
- Bunkers del Carmel: voor velen het allermooiste uitkijkpunt in Barcelona. Een must-see als je in Barcelona bent!
- Parc del Laberint d’Horta: het bekende labyrint van Horta is een geliefde plek onder de lokale gezinnen, die zich hier met de kids komen amuseren.
- Mirador de l’Arrabassada: uitkijkpunt op het Collserola-gebergte dat de stad overziet. Favoriet onder vele locals, vooral als romantisch plekje.
- Els Mistos (of Las Cerillas): de grote lucifers van de Amerikaanse beeldhouwer Claes Oldenburg zijn een ware blikvanger in de wijk. Een hommage aan de voorwerpen van ons dagelijks leven, maar dan in XXL formaat.
- Carrer d’Aiguafreda: een idyllische plek en een directe getuigenis van het werk van de wasvrouwen uit Horta.
- Turó del Carmel: een minder bekende heuvel waar je prima kunt hiken terwijl je van geweldige uitzichten geniet.
- Casa de les Altures: een prachtig gebouw in neo-moorse stijl ontworpen door Enric Figueres in 1890 om als huis te dienen voor de directeur van het waterbedrijf van Barcelona, vandaar dat het park waar het paleis nu ligt het Parc de les Aigües genoemd wordt.
- Parc del Guinardó: dit stadspark ligt ook op een heuvel en biedt hele mooie uitzichten over de stad.
- Plaça Eivissa: het onbetwiste ontmoetingspunt van de buurtbewoners in Horta en een gezellig pleintje om op het terras te zitten tussen de locals.
- Carrer de Campoamor: het oude Rambla de Cortada werd door de komst van de rijke Barcelonezen gebouwd, die hier zijn zomerhuizen lieten bouwen, en herbergt daarnaast de Parròquia de Sant Joan d’Horta, de kerk van de hortencs.
- Font d’en Fargues: modernistische fontein, die vroeger middenin de natuur stond en waar men bij elkaar kwam om feest te vieren; de zogenaamde aplecs.
- Passeig de Maragall: lange promenade en drukke verkeersader die van oudsher het dorpje van Horta met Barcelona verbond.
Leuk om te doen in Horta-Guinardó
Een bezoek aan Horta-Guinardó leent zich perfect om het authentieke Barcelona te leren kennen; dat van de stadheuvels en gezellige volkswijken met ouderwetse winkels en tavernes, ver weg van het toeristische centrum en de alledaagse stress.
- Masies spotten: ook al zijn ze inmiddels door de stad opgeslokt, kun je nog tal van oude boerderijen in Horta-Guinardó vinden. De meeste daarvan zijn tot restaurant, school of buurtinstelling omgetoverd. Enkele van mijn favorieten zijn Can Cortada, Can Travi Nou en Can Carabassa.
- De waterroute volgen: omdat Horta rijk aan water was, is het niet gek dat er een ondergronds waterkanaal aangelegd werd met diverse watertorens waarmee zijn bewoners bevoorraad werden. De Mina de can Travi werd in 1860 gelegd en heeft een lengte van 1.400 meter verspreid over de straten Jerez, Plana, Sanpere i Miquel, Rajoler, Horta, Plaça Castelao en Cartellà. Vier van de oude watertorens bestaan nog; Torre d’aigua del Carrer Santpere i Miquel, Torre d’aigua de la Plaça de Les Masies, Torre d’aigua i font del Carrer Horta en Torre d’aigua del Carrer Cartellà (op de hoek met Carrer Pitàgores).
- Hiken in de natuur: de heuvelachtige omgeving en de vele groene heuvels die Horta-Guinardó vormen, lenen zich perfect voor een stevige wandeling. Een prachtige route die je kunt volgen is die van de Tres Turons, dat langs de Turó de la Rovira, Turó del Carmel en de Turó de la Creueta del Coll loopt. Je fysieke inspanning zal worden beloond met prachtige uitzichten over de stad waar je urenlang naar kunt kijken
- Sporten: naast hiken kun je hier ook prima sporten, zowel in de buitenlucht als bij een van de vele sportscholen die er zijn. Van voetbal, basketbal, zwemmen en tennissen, tot baanwielrennen of rugby. Sportvoorzieningen zoals Velòdrom d’Horta en hel Palau d’Esports de la Vall d’Hebron stammen uit de Olympische Spelen in Barcelona en worden nog steeds veelvuldig gebruikt.
- Buslijn 87 nemen: wie van een spannende rit houdt, moet zeker de buslijn 87 nemen, die je van Horta naar Gràcia door El Carmel neemt. De instaphalte bevindt zich op de hoek van Passeig de Maragall met Carrer Tajo. Daarna volgt een rit van ongeveer een uur waarin je door de meest kronkelige steile wegen en onmogelijke bochten wordt gereden om zo de berg van El Carmel te overbruggen en bij Gràcia aan te komen. Onderweg kun je uiteraard uitstappen en van de mooie uitkijkpunten genieten die je tegenkomt.
- Uitkijkpunten: in de hooggelegen buurten van Horta-Guinardó, zoals El Carmel en Guinardó, kun je hele mooie uitzichten vinden over de stad, vaak nog volledig onbekend bij toeristen. Een heel leuk uitkijkpunt is die van Mirador de Mundet (ook wel Mirador d’Horta genoemd), aan de noordelijke kant van Horta, waar een schommel aan een boom hangt die uitkijkt over de stad. Een zeer instagram-waardige spot met een waanzinnig uitzicht! Maar let op: het schijnt dat de schommel soms weggehaald wordt, dus is het niet zeker dat je deze gaat vinden tijdens een bezoek aan de Mirador de Mundet.
Horta-Guinardó met de kids
Na de verplichte halte in het doolhof van het Parc del Laberint, kun je met je kids langs de gigantische lucifers van Oldenburg gaan (waar ze eventueel op kunnen klimmen en gek doen) om vervolgens bij de speeltoestellen in het Parc de les Rieres d’Horta te gaan spelen. Daarna kunnen jullie de gezellige wijk Horta verkennen, maar niet zonder eerst een ijsje bij ijssalon La Eivissenca of wat lekkers van bakkerij Galette & Pastim te halen, om vervolgens bij de kindvriendelijke pleintjes van Bacardí of Castelao neer te ploffen, die over de nodige speeltuinen voor de kids en terrassen voor de ouders beschikken.
Ook leuk: aan de Ronda del Guinardó, vooraan het beeldschone Casa de les Altures, vind je het laatst werkende carroussel op straat van Barcelona, de Tiovivo Ronda del Guinardó.
Evenementen in Horta-Guinardó
In Horta-Guinardó worden gedurende het jaar verschillende evenementen georganiseerd, al worden de meeste enkel door de buurtbewoners zelf bezocht.
- Mercat de pagès a la plaça de Bacardí: iedere eerste en derde zaterdag van de maand wordt er een boerenmarkt georganiseerd op het Plaça de Bacardí tussen 10:00 en 16:00 uur.
- Horta wijkfeest: iedere september wordt er in Horta feest gevierd tijdens het officiële wijkfeest, met een kermis en al.
- Macrofestijnen in Velódrom d’Horta: met oud & nieuw of de viering van Sant Joan worden er in El Velódrom vaak evenementen georganiseerd.
Eten in Horta-Guinardó
Horta-Guinardó staat niet echt bekend om de culinaire hotspots. De meeste bars en restaurants die er zijn, zijn echter wel van goede kwaliteit. Ga vooral eten bij een van de oude masies zoals Can Cortada en Can Travi Nou om de echte Catalaanse keuken te ontdekken! Enkele van mijn favoriete eetadressen in Horta-Guinardó vind je hieronder.
Koffie en bakkerijen
- Galette & Pastim (Carrer del Tajo, 21): hippe ambachtelijke bakkerij. Vanwege zijn succes staan er vaak hele lange rijen buiten.
- Pastisseria Rovira (Passeig de Maragall, 413): het adres voor de lekkerste taarten en gebakjes.
- L’Obrador dels 15 (Passeig de Maragall, 209): bakkerij waar je ook kunt zitten voor een kop koffie met wat lekkers. Open sinds 1925!
Lunchadressen
- Patio Urbano (Carrer de Sant Antoni Maria Claret, 182): hippe flexitarian met huisgemaakte gerechten en een geweldig binnenplaats. Ze organiseren daarnaast regelmatig evenementen en workshops om de creatieve geest te stimuleren.
- La Cuina del Guinardó (Carrer Varsovia, 148): kleinschalige restaurant met huisgemaakte gerechten. Ook mogelijk om het eten als take away te bestellen.
- La Vitaminica d’Horta (Passeig de Maragall, 413): restaurant geschikt voor vegetariërs met een zeer goede prijs-kwaliteitverhouding.
Restaurants
- Punto y Coma (Passeig de Maragall, 408): het oude bekende Frankfurt Horta is nu tot een hip burgerrestaurant omgetoverd. Een echte hotspot onder de locals.
- El Racó del Peix (Carrer del Tajo, 8): visrestaurant met Mediterraanse gerechten. Ze beschikken over een prachtige buitenterras.
- Restaurant 1902 (Carrer Sant Antoni Maria Claret, 167): het prachtige café en restaurant van het modernistische Hospital de Sant Pau.
Tapasbars
- Quimet d’Horta (Plaça d’Eivissa, 10): bekend café en tapasbar met buitenterras aan het gezellige Plaça Eivissa. Mis niet de huisgemaakte croquetas en ciabatta broodjes.
- Bodega Massana (Carrer d’Horta, 1): ouderwetse bodega waar nog wijn uit het vat geserveerd wordt naast stevige ontbijtjes, de zogenaamde esmorzars de forquilla.
- Delicias (Carrer de Mühlberg, 1): authentieke tapasbar waar je lekker tussen de locals kunt eten. Probeer bijvoorbeeld hun patatas bravas, callos en morros fritos. Let er wel op dat de porties hier relatief groot zijn!
Drinken en uitgaan in Horta-Guinardó
Behalve om de superleuke bar en discotheek Samba Brasil, staat Horta-Guinardó niet echt bekend om het nachtleven. Enkele plekken waar je heen kunt voor een avondje uit zijn:
- Samba Brasil (Carrer de Santes Creus, 20): leuke cocktailbar op een gezellige binnenplaats met aangrenzende discotheek waar Braziliaanse muziek gespeeld wordt.
- Ateneu Popular La Bugadera (Plaça d’Eivissa, 17): gezellige kroeg om biertjes te drinken met vrienden.
- Louise Se Va (Plaça d’Eivissa, 11): leuke bar in rock-’n-roll-sferen waar je ook lekkere broodjes kunt bestellen.
Slapen in Horta-Guinardó
Omdat dit geen toeristische trekpleister betreft en ook redelijk ver van het centrum ligt, vind je niet veel hotels in de buurt van Horta-Guinardó. Dit district is dan ook enkel geschikt als je op zoek bent naar de rust en het authentieke Barcelona, of wanneer je in de buurt van het ziekenhuis moet zijn. Deze hotels zijn meestal een stuk goedkoper dan die in het centrum van Barcelona.